
AK opdracht
Luna 3E
Samenvatting §7
Alle energiebronnen hebben voor- en nadelen. In Nederland dachten we lang dat diversificatie het beste energiebeleid was. Frankrijk haalt al zijn energie uit kernenergie en Afrika kan nog alle kanten uit, omdat ze aan het begin van hun ontwikkeling zitten.
Het fossiele brandstoffen gaat vergelijken met alternatieve brandstoffen, hebben beide goede en slechte punten. Fossiele brandstoffen raken op een keer op en we moeten dus ooit overschakelijken op een andere bron. Zie bron 2 voor meer verschillen.
Kernenergie: Nederland heeft maar 1 kerncentrale, die slechts 5% van ons elektriciteitsgebruik opwekt. Voordelen van kernenergie:
-
Het is betrouwbaar en relatief goedkoop.
-
De grondstof uranium is nog op voorraad.
-
Wordt geen CO2 bij uitgestoten (broeikaseffect).
-
Veroorzaakt nauwelijks milieuverontreiniging.
Nadelen:
-
Bouw van centrales in duur.
-
Bij opwekking ontstaat er radioactief afval, dit moet nog lang worden opgeslagen, omdat het bij blootstelling kankerverwekkend is.
-
Als er een ongeval plaatsvind zijn er rampzalige gevolgen.
Duitsland en België hebben vanwege de nadelen een aantal centrales gesloten. In Nederland doen ze dit niet en in Afrika hebben ze veel uranium, maar gebruiken ze het nog niet voor kernenergie.
Bij de winning van schaliegas zijn er veel risico’s. De winning van dit gas is veel ingewikkelder dan bij winning van aardgas. Eerst wordt er een boorput gemaakt in schaliegesteente en daarna worden er met grote druk water, zand en chemicaliën ingespoten. Een deel van dit mengsel blijft in het gesteente achter, dit veroorzaakt zorgen over waterverontreiniging. De winning van schaliegas kan ook zorgen voor aardbevingen en voor de winning moet er een groot aantal boortorens worden gebouwd.
Bij biobrandstoffen wordt door vergisting van maïs of suikerriet bio-ethanol verkregen, hiermee wordt uiteindelijk energie opgewekt. Een andere biobrandstof is biodiesel (gemaakt uit plantaardige olie en dierlijk vel).
Er is veel kritiek op biobrandstof. In sommige landen ontstaat voedseltekort, omdat de gewassen voor voedselproductie ook voor biobrandstof productie worden gebruikt. Een ander bezwaar in dat het leidt tot ontbossing van regenwouden en er veel landbouwgrond voor nodig is. Een oplossing voor één bezwaar is het gebruiken van de tweede generatie biobrandstoffen, deze worden niet gemaakt met eetbare gewassen (land- en houtafval, algen, frituurvet).



